Ons LOT
Er heerste een hoera stemming bij de mannen van ons bekende groepje van de jeugd van vroeger. Met vijf man hadden wij meegespeeld in de "Lucky Day” loterij en de afspraak was, wie een prijs wint deelt met de anderen.
Evert had zich zelf als loten verkoper en penningmeester benoemd. Hij deed dat al enige weken tot onze volle tevredenheid. Twee maal hadden we een klein prijsje gewonnen maar deze keer was het echt raak met een flink geld bedrag.
Wim had een opgetogen telefoontje van Evert gekregen. Hij zei: ‘ik ga eerst naar het uitbetaling kantoor om het geld in bank biljetten te innen inverband met de verdeling.’ Om hoeveel geld het ging, wilde hij nog niet zeggen, dat moest een verassing blijven. Vol spanning wachten wij af.
Kleine Bram zat onrustig naar de deur te kijken en riep: ‘waar blijft die "lef gozer” nou?’ ‘Die zit in de kroeg’, was de mening van Henk. Wachten...,wachten, wij werden wel erg op de proef gesteld. Een taxi stopte voor de ingang, een heer gekleed in jacquet, witte sjaal en hoge hoed stapte uit. ‘Er komt hoog bezoek’ zei Nico vol ontzag. Die heer melde zich aan de Balie, nam zijn hoed af en wij herkende onze Evert.
‘Waar bleef je nou!!’, riep Henk.
‘Ik moest eerst naar huis om voor deze gelegenheid mijn trouwpak aan te trekken, maar mijn broek kon ik niet dicht krijgen.’ ‘Ik heb toen mijn vroegere buurvrouw gebeld, ben er naar toe gegaan en zij heeft hem wat wijder gemaakt.’ Wij hadden er vrede mee maar vonden die kleding wat overdreven.
Evert schraapte zijn keel en zei: ‘In mijn rol als notaris- penningmeester moet je goed voor de dag komen vond ik.’ ‘ Nou kom voor de dag, hoeveel hebben we gewonnen?’ Evert
maakte met een vinger op zijn mond een sissend geluid en zei: ‘zachtjes iedereen hoort je hier.’ Gewichtig opende hij zijn tas en deelde aan vier man een enveloppe uit. ‘Niet hier gaan zitten tellen, alles klopt daar kunnen jullie van op aan.’ Nico kon het weer niet laten en keek heel voorzichtig naar de inhoud. ‘Verrek er zitten allemaal honderdjes in’ ’Niet gek maar het heeft me toch een euro gekost uit mijn spaarvarken’ zei de zuinigaard. ‘Oj’, riep Brammetje, hoeveel hebben we eigenlijk gewonnen?’ ‘Op één van de loten hadden we er negen goed, dat gaf vier duizend euro, dat gedeeld door vijf, is ieders deel.’
‘Nu de ham vraag, wat gaan we doen met onze poen?’ Er werden allerlei voorstellen gedaan, maar we kwamen er niet uit. Wim besloot een lijstje te maken en daarna zouden we er over stemmen. Hij las even later het volgende voor: ‘de kroeg, theater, museum, een etentje, busreisje, rondvaart, Artis of Yab Yum.’ Al snel bleek dat de seks op een laag pitje stond, want drie van de mannen had een probleem met zijn bewegingsapparaat en vonden het zonde van de poen. "Piechempie”,
Brammetje liet zich ontvallen, ‘jongens wat ben ik blij. Ik hoef niet naar de klaagmuur, want ik heb niets te klagen, wel kan ik nu eindelijk naar de lommerd om mijn brieffies in te wisselen. We werden het eens, ieder zou tweehonderd euro meenemen en daarmee zouden we een dag naar Artis gaan.