knieprothese

                      KNIEPROTHESE.

 
 

 

Mijn inspiratie en informatiebron voor dit verhaal is mijn meisje Neeltje. Het meisje is inmiddels 79 jaar, moeder van twee zonen, vier kleinkinderen en één achterkleinkind. Ook is zij al twintig jaar weduwe maar is niet alleen gebleven want met mij heeft zij al zestien jaar een liefdevolle relatie, vol goede en kwade dagen. Maar ja, ouderdom komt met gebreken en dat is een keihard feit wat wij nu ook dagelijks ondervinden. Talloze gebreken en klachten dienden zich aan, maar met de gedachte: We zullen doorgaan genieten we toch van ons leven. Enige jaren geleden sloot ook Neeltje zich aan bij het zere benen bataljon. Steeds vaker hoorde ik haar zegen, ‘O, Wim, ik heb zo’n pijn in mijn knieën en benen, ‘s nachts in bed is het haast niet uit te houden zonder pijnstillende middelen en een koel kussentje tussen mijn knieën. Het werd steeds erger, ik probeerde haar zo veel mogelijk te helpen als ik aanwezig was. We bespraken een taakverdeling wat het huishouden betreft en ik kwam steeds meer tot het besef hoeveel een huisvrouw elke dag moet doen om de boel gaande te houden en dat wij mannen er meestal veel makkelijker afkomen met de vuilniszakken, auto wassen, de hond uitlaten en het tuin gebeuren indien aanwezig. Ik dacht er over na en nam mij voor alles te onthouden en op te schrijven. Bij ons, wij zijn nu mensen van boven de 75 jaar, gaat de wekker om acht uur af. Neeltje zei slaperig ‘goede morgen’ ging op de rand van het bed zitten,  deed wat spieroefeningen met haar benen en kwam langzaam overeind. Ik lag nog in bed en nam mij voor deze dag van mijn heldin helemaal te checken. Langzaam liep ze naar de badkamer en begon met het dagelijks ritueel. Wassen, tanden poetsen haar kammen, aankleden en het hele opmaakgebeuren met de spullen uit de toilettas. Weer terug naar de slaapkamer waar de dekens en lakens werden gelucht, toen naar beneden om thee te zetten, ontbijt te maken en de poes te verzorgen. Hup daar was ze al weer aan het afstoffen, stofzuigen, dweilen en de afwas. Na een kop koffie ging ze op de computer kijken of er nog mailtjes binnengekomen waren, de planten werden verzorgd en er werd een boodschappenlijstje gemaakt. Ik zei: ‘ga nu eens rustig zitten.’ ‘ ‘Nee, dat kan niet want ik moet nog een wasje doen, de bedden opmaken en de ramen moeten ook nodig gelapt worden.’ Ik dacht wat een rotvak hebben die huisvrouwen, zelfs als de kinderen het huis uit zijn werken ze zich nog steeds het lebbes. Met de pijn in haar benen werd het steeds erger. Na overleg besloot ze eindelijk iets te ondernemen. Eerst naar de huisarts, die gaf een recept voor pijnstillende middelen en een verwijsbrief voor de polikliniek van het BovenIJ ziekenhuis waar ze onder begeleiding en geestelijke bijstand van kleindochter Barbara, naar toe ging. Er werden röntgenfoto’s van haar knieën gemaakt, toen volgde een gesprek met de orthopedisch Chirurg en werd een afspraak gemaakt voor opname en operatie op woensdag 19 oktober 2016, alwaar ze ‘s- morgens om zeven uur aanwezig moest zijn. Die bewuste dag werd zij om halfzeven opgehaald door haar zoon en schoondochter die vanuit Purmerend in stromende regen en wind op tijd waren om hun moeder naar het ziekenhuis te brengen.

Neeltje verteld later aan mij hoe de dag verliep:

‘Het was kwart voor zeven in de ochtend toen we op de westvleugel van derde verdieping zaten te wachten. Er kwam een verpleegkundige die mij verwelkomde. ‘Dag mevrouw eerst gaan we een vragenlijstje invullen dan de bloeddruk meten, u krijgt een paar rustgevende pillen en daarna kom ik u halen’. Even later werd ik naar een kamer voor drie personen gebracht, moest mij uitkleden en kreeg een operatiejasje aan. ‘Gaat u maar rustig in bed liggen’. Het bed werd naar een soort zaal gereden. Daar was  het een bedrijvigheid van je welste er werd met spuiten, slangetjes, buisjes en van alles gewerkt. Een reus van een kerel met snor en baard kwam naast mijn bed staan stelde zich voor en zei: ‘ik ben uw anesthesioloog of liever gezegd uw slaapdokter en breng u onder narcose’. Ik kreeg een plastic kapje op mijn neus een prikje in mijn pols en viel even later in een diepe slaap. De rest weet ik niet meer maar toen ik weer wakker werd met slangetjes en zuurstofbuisjes in mijn neus hoorde ik schoondochter zeggen: ’daar bent u weer, alles is goed gegaan en de operatie is gelukkig vlot verlopen’. Ik wilde wat terug zeggen maar dat lukte nog niet met mijn dubbele tong en duizeligheid. Na een paar uur slaap werd ik wakker, de gordijnen waren open en de zon scheen buiten, een zuster kwam temperatuur meten, een spuitje geven en vroeg of ik wat drinken wilde. Ik zei: ‘graag zuster, maar ik moet ook nodig plassen’. Ze pakte een pot met een soort karton waar ze ook de eierdoosjes van maken en schoof  dat  onder mijn billen. Er lagen nog twee aardige dames op de kamer waar ik leuke gesprekken mee kon voeren tijdens mijn oefeningen met het fysiotherapie bewegingsapparaat. De vrouw die tegenover mij lag was een schippersvrouw die nadat zij was gescheiden is blijven varen, niet met vracht maar met vakantie passagiers die ergens naar toe wilde. De andere vrouw was een knappe leuk lachende Poolse vrouw, zij was chef-kok in een hotel en sprak Engels met de schippersvrouw. Drie dagen heb ik van hun gezelschap kunnen genieten en ook van mijn kinderen en kleinkinderen die op bezoek kwamen. Na veel aandacht bij het uit bed komen, bewegingen met looprek, rollator en stokken, mocht ik vrijdag 21 oktober al weer het hospitaal verlaten, gewapend met een recht linkerbeen vol krammen, pleisters, verband en een kunstknie. Ik kreeg nog wat pijnstillers en hulpstokken, werd opgehaald door mijn zoon en keurig thuis afgeleverd.

Wim die om mij zo veel mogelijk te helpen naar Landsmeer gekomen was, zat met de poes Antje mij op te wachten.

O ja, Antje was tijdens mijn afwezigheid uiterst goed verzorgd door mijn lieve buurvrouw Wil, wat ik heel fijn en ook geruststellend vond. Ik was die eerste avond erg moe had nog veel pijn, moest pillen slikken en mezelf vlak onder de huid van mijn buik een injectie geven om trombose te voorkomen.

Later op de avond zei Neeltje tegen mij:

‘Wim, ik ga nog even een beetje met die stokken lopen en daarna vroeg naar bed’ ‘Zet je beste beentje maar voor’ zei ik met een lachje. Met veel pijn heb ik de eerste avond en nacht thuis door gebracht. De volgende dag hebben we de dokter en de apotheek gebeld voor andere oplossingen. Die zijn ook gekomen. Verder hebben we een afspraak gemaakt met de praktijk voor Fysio en manuale therapie en kregen te horen dat er een therapeute zou komen.

De zondag verliep naar mijn idee onrustig met veel telefoontjes, bezoekjes van familie, kennissen en vrienden, Neeltje was blij met alle belangstelling, ik vond het goed bedoeld, maar erg vermoeiend voor een patiënt, die nog herstellen moet.

Maandag vierden wij dat Neeltje 79 jaar geworden was. Er was bezoek van familie, vrienden en buren en ik speelde voor butler met serveren van koffie, thee en gebak.

Zij kreeg veel post, cadeautjes en bossen bloemen, die allemaal een plekje moesten krijgen.

De volgende dag kwam therapeute Mibeth met aangepaste loopstokken, zij verwijderde pleister en verband en gaf nuttige tips.

‘s Avonds kwamen de kinderen uit Purmerend met een pan goulash gemaakt door moeder Gerry.

1 November is de therapeute weer geweest voor oefeningen. Op 2 november is een vrouwelijke dokter gekomen, zij heeft de krammetjes verwijderd, wondjes verzorgd en andere pijnstillers geregeld die door de apotheek bezorgd werden.

In onze verzorgingsstaat is dit toch allemaal maar mogelijk.

Neeltje gaat elke dag een stapje vooruit dus hef ik het liedje aan: ‘lang zal ze leven!’