emigratie uittocht

                EMIGRATIEVERHAAL.

 

In de jaren vijftig, vijf jaar na de Tweede Wereldoorlog werd er door de Nederlandse – regering een emigratie stimulatieplan inwerking gezet.  Er werden gunstige verdragen gesloten met de overzeese gebieden Australië, Canada en de Verenigde Staten van Amerika. Aantrekkelijke subsidies werden verstrekt en via radio praatjes en het Polygoonjournaal zijn de mensen ingelicht over de voordelen van een verhuizing naar een ander land. De gevolgen bleven niet uit. Van verschillende mensen  hoorden we dat ze op een taalcursus zaten om de Engelse taal, de gewoontes en meerdere zaken onder de knie te krijgen. Bij navraag over de motieven van hun vertrek kregen we te horen: de belabberde economie,

geen werk te vinden, geen huis te krijgen en de angst voor een derde wereldoorlog. Ook een vroegere schoolvriend, zoon van een keutelboertje uit Loosdrecht kwam met een verhaal dat ons land te klein was voor boerenbedrijven maar dat er in het buitenland ruimte genoeg was en ook hij had zich aan -gemeld voor vertrek naar Canada.

Een oom van mijn familie kwam afscheid nemen wegens vertrek naar Nieuw-Zeeland. ‘OO. Bram’, riep mijn moeder geheel ontdaan, ‘zo’n ver land, misschien zien we je nooit meer terug. Maar beloof me dat je ons op de hoogte houdt’. ‘Ja, Deetje dat beloof ik’. En zowaar, regelmatig kregen wij een brief.

Hij was als stalknecht begonnen op een farm waar hij voor twee werkpaarden moest zorgen en met die dieren verrichte hij de verdere dag werkzaamheden op het land. Zijn baas was een veeboer met tachtig melkkoeien, tien varkens en wat pluimvee.

Op de akkers werkte zijn vrouw, dochter en enkele seizoenarbeiders. Oom Bram was na enige jaren getrouwd met Mathilde, de dochter van zijn baas, die hij nu zijn schoonvader kon noemen. Een paar jaar later werd de schoonvader ernstig ziek. Op een dag werd Bram aan het sterfbed van zijn vroegere baas geroepen die met een brief in de hand op hem lag de wachten. In die brief stond dat de farm met alles erop en eraan geschonken werd aan mister Bram Lassing op voorwaarde dat hij altijd voor zijn vrouw Rosalie en hun dochter Mathilde zou blijven zorgen.

‘Dat is een Lucky End voor Bram’, zei mijn moeder tevreden.

Nog een emigratiegeschiedenis uit die tijd welke mij diep geschokt heeft. Mijn goede vriend Loek Vink, Jazzkenner, grammofoonplatenverzamelaar en leider van ons close harmony groepje ‘The Dreamers’ waarin ik de eerste stem zong, kwam met de mededeling dat hij een sponsor had gevonden in de VS, die hem werk, huisvesting en verdere dingen om te acclimatiseren had aangeboden. Voor hem een geweldig spannend gebeuren maar voor mij en ons vriendenclubje werd het een groot gemis. Al na een maand was hij met zijn vriendin vertrokken, we kregen een kaartje dat ze goed waren aangekomen en de mededeling dat we de rest per brief te horen zouden krijgen.

Die brief kwam pas 2,5 jaar later. Hij vertelde dat het hem allemaal niet meegevallen was,  hekjes timmeren en prikkeldraad spannen en meer van dat soort zaken wat hem als voormalig bankmedewerker totaal niet lag. Tot de dag dat hij een wel heel speciaal werkje moest verrichten: hij werd ‘proefligger’ in een beddenzaak. In een hansop en met op zijn hoofd een slaapmuts moest hij in een bed gaan liggen die opgesteld stond in de etalage. Hij vond het een vreemde opdracht, maar plicht getrouw had hij ook deze klus vervuld, met de gedachte misschien word ik wel slapend rijk. Naast het bed stond een bijbehorend nachtkastje en om de tijd prettig door te komen had hij zijn koffergrammofoon en een aantal jazz langspeelplaten op dat kastje gezet. The Chef of the company had de platenspeler op een aantal versterkers aangesloten en door de hele zaak klonk zijn muziek. Aan belangstelling had hij geen gebrek, zijn ‘ proef-lig’-act en muziekkeuze vielen in de smaak. Lekker lui op het bed liggend stond hij de pers te woord en op de vraag waarom hij in dat bed lag was zijn antwoord: ‘Ik houd van rust, comfort en een                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                       goede beloning’. Daarna luisterden we naar muziek van het Miles Davis Quintet. Toen volgde een praatje met een onderzoekjournalist uit Michigan, hij wilde weten of ik belangstelling had om reporter van een radio uitzending te worden. Ik ben er op ingegaan en sinds dien draai ik plaatjes en  maak praatjes bij de omroep Grand Rapids. Dus een happy end, want mijn hobby is mijn werk geworden. Groeten aan ieder in Holland.

 

        DE GROTE EMIGRATIE UITTOCHT.

Nederland was in de problemen gekomen door ruim 500.000 mensen die van de arbeidsmarkt waren verdwenen door vertrek naar het buitenland. In ons land was de economie en werkgelegenheid inmiddels zo aangetrokken dat de Nederlandse regering besloot om gastarbeiders te werven. Dat is tot op heden mede door vluchttelingen en asielzoekers ruimschoots gelukt. En nu in 2018 zitten we met dezelfde problemen als 68 jaar geleden maar nu moeten de mensen de Nederlandse taal leren en dat valt voor sommigen niet mee. Er is een ware spraakverwarring gaande, maar we hopen op betere tijden, want ‘ Hoop doet leven’.