We zijn er bijna

                               

                         WE ZIJN ER BIJNA.

 

Het was heel stil in het huis van kabouter Baardje. In de keuken was Joost andijvie aan het snijden en hield de klok in de gaten die hij die morgen gerepareerd had.

Rozalientje lag op haar stoeltje, de pootjes onder haar buikje, kopje omlaag en met trillende snor haren liet ze een tevreden spinnend geluid horen. De dagen hiervoor waren erg druk geweest met allerlei medewerkers die het circusplan kwamen bespreken. Kabouter Weet Veel was er iedere dag en directeur Johan Breuker bleek ook een man met bijzondere en goede ideeën. Hij had samen met kabouter Spitsneus het terrein verkend en ze vonden dat de grote tent een plaats aan de grens van de kinderboerderij moest krijgen zodat ook sommigen van die dieren bij de optredens betrokken konden worden. Er was donderdags een algemene vergadering geweest en daar ging het soms met enige ruzie gepaard zeker toen de kaartjes verkoop aan de orde kwam. ‘We gaan werken met één kaartje besliste Baardje, we verhogen het entree geld met vijftig euro cent, zodat alles met dat ene kaartje mogelijk is.’ Kabouter Bolwang zag moeilijkheden met de kinderen die te lang of te vaak in de circus tent wilde blijven zitten. ‘Daar is maar één oplossing voor zei de wijze kabouter Weet Veel, wie daar naar binnen gaat krijgt een knip in zijn kaartje, dat is dan voor iedereen duidelijk.’ Er werd besloten om de volgende dag te beginnen met het opzetten van de tent  en in een kleinere tent konden de artiesten hun nummers instuderen en ook de boerderij dieren

erbij betrekken. De eersten die aan het oefenen gingen waren de muziekanten Brigitte, Hans en kabouter Oortje die ook als drummer zijn trommels goed kon bespelen. Na een paar dagen waren ze tevreden, alles stond op papier, dus de artiesten konden komen. Eerst een kort toespraakje van de directeur, toen kon het beginnen. Een gordijn schoof opzij en er draafde een paar ezels binnen die hun rondjes in de piste maakten op de maat van de accordeon en het slagwerk.

De klanken veranderde in cowboy muziek, weer gingen de gordijnen open

en plotseling reden de clowns Jürgen en Ernst op hun paardjes achter de ezels aan en wisten ze met hun lasso’s te vangen,

waarna ze afgevoerd werden. Brigitte nam plaats achter de piano en speelde een mooie wals, waarop Peter Buch jongleerde met vijf ballen en een ring die om zijn nek draaide. Josefine deed wat kunstjes aan de rekstok en zoon wilhelm was heel behendig met een klimpaal bezig, ondanks een verwonding aan zijn knie die hij na een val uit de ringen had opgelopen. Er klonk weer accordeon muziek maar nu deden er ook een paar dieren van de boerderij mee. Zo waggelden de ganzen eenden en kippen op de maat van de muziek. De duiven vlogen enkele rondjes en werden intussen met water pistolen beschoten

door clown Jürghen met behulp van de aapjes waar ook Rompie bij betrokken was. De duiven hadden een tegen- offensief bedacht, ze maakten duikvluchten boven hun belagers en bevuilden hen met hun uitwerpselen. Dat was pas lachen.!! 
Als slot reed de hondenkar en bokkenwagen de piste binnen met aan boord enkele hazen en konijnen hamsters en witte muizen. Na een paar rondjes klonk het slot lied uit het draaiorgeltje van kabouter Oortje en was de voorstelling afgelopen. ,Hoe vond u het?’

‘Dik voor elkaar’ zei Koning Baardje tevreden.