De laatste loodjes

         

 

De kaboutertjes waren allemaal naar de kleermaker geweest en hadden een nieuw pakje als bedrijf uniform aan gemeten gekregen. Ze zagen er prachtig uit. Een geel overhemd, groen vestje, bruine pofbroek, zwarte laarsjes, rood jasje en een rode puntmuts met gele kwast. De vrouwtjes kregen een geel bloesje, bruin rokje, zwarte laarsjes en een roodhoedje. Bij slecht weer was er voor ieder een groene overjas. Het stond ze prachtig. Overal vandaan waren de dieren opgehaald en overgebracht.

In de vijver een eldorado voor water en moeras vogels waren de eerste bewoners

op eigen kracht al aan gekomen.

Grauwe en Canadese ganzen, meerkoetjes, waterhoentjes, futen, zwanen een blauwe reiger en in de oeverwand was een ijsvogeltje zijn nestgang aan ’t graven. Vele soorten eenden zorgden voor een vrolijk gesnater.

Waterplanten en rietkragen verfraaide het geheel.

 

Kabouter Baardje had enige sollicitanten

getest en zijn keus was gevallen op kabouter Spitsneus een rustige, betrouwbare kerel, die aldus verzorger en oppasser van de vijver was geworden.
 
De duiventil werd bewoond door zes witte sierduiven. Bij de marmotten was enige ruzie ontstaan, er waren er te veel en toen is besloten om nog een paar huisjes er bij te plaatsen.
 
Chauffeur Hans was er op uitgestuurd om bij Crailo op de Bussum/Larense hei hazen en konijnen te halen. Helemaal uit België waren 100 muizen onderweg. Dus alles was volop in beweging. Alle kabouters en werknemers

hadden een brief ontvangen, met de uitnodiging om op 1 april om 14 uur te vergaderen in de poffertjes kraam.

Klokslag 2 uur was iedereen aanwezig.

Gerrit Bos sprak het openingwoord en alle medewerkers werden voorgesteld

met naam en functie.Tot slot werden de beheerders naar voren geroepen.

 

 

 

Deze kabouter met het kortste baardje.........

Zijn naam is inderdaad Baardje, hij is hoofd algemene en personeels zaken.

Deze met de langste baard heet Bolwang  is hoofd technische dienst en onderhoud.

Tenslotte met punt baard Suizebol, hoofd tuinonderhoud en groen voorziening.

Dit zijn dus jullie bazen!!’ Er klonk een applausje als beloning.
 
Er volgde een rondvraag en er mochten nog wat opmerkingen gemaakt worden. Kabouter vrouwtje Janneke stak haar vinger op en kreeg het woord. ‘Ik vind alles heel mooi, maar ik mis nog een vlindertuin en ook een speelplaats voor kinderen.’
 
‘Dat is heel goed bedacht Janneke, we nemen het mee in de plannen en werken eraan.
Er is ruimte genoeg en we hebben nog een maand om vlinderplanten en struikgewas te plaatsen. De heer Bolwang zorgt dat er een zandbak, een wip en een glijbaan komt.
Er worden advertenties geplaatst, folders en kaartjes gedrukt en op 1 mei 2011 om negen uur is de opening van ons:
 

KABOUTERDORP & KINDERBOERDERIJ.’ Weltevree