Hersengymnastiek

 

Hersengymnastiek


Het was een mooie zonnige dag in mei.
Na wat werkzaamheden tussen de struiken, waar ik
verschillende vogelnestjes ontdekte en tot het besef kwam
dat het dit jaar beter ging met de vogelstand in Landsmeer. Ik
zag winterkoninkjes en kwikstaartjes af en aan vliegen en ook
de merels deden hun best. Het meest opvallende was de
heggemus die wij jaren niet gezien hadden.
Moe maar voldaan nam ik plaats onder de hoge Es waar wij
een zithoekje hadden gecreëerd welke een prima uitzicht
bood op alle dieren om ons heen. Na enige tijd zie ik een klein
vogeltje maar ik kwam niet meer op zijn naam…….. dat heb ik
meer de laatste tijd, je merkt gewoon dat het geheugen
minder aan het worden is……
Gelukkig heb ik Neeltje die vaak dat probleem weet op te
lossen. Zij zegt dan:’ samen komen we er wel uit’. We
dronken koffie en ik vertelde over het kleine vogeltje dat
tegen de boomstam omhoog wipte en dat ik niet meer op zijn
naam kon komen. ‘Dat is een boomklever’ wist Neeltje. Ach
ja, probleem opgelost.
Tevreden dronken we onze kopje leeg onder toeziend oog
van de familie ‘waggel’. Moeder en vader eend met acht
kleine donzige pulletjes.



De hele familie kwam op het verkruimelde oude brood af,
wat ons ook weer kijkplezier gaf….
Dat werd hard verstoord door tromgeroffel. ‘Wat is dat nou
weer?’ ‘Dat is de fanfare uit het dorp, die komen langs in
verband met bevrijdingsdag’… We gingen kijken… Ik zei:’ wat
een leuk kereltje voorop die met een staf loopt te zwaaien’.
Op dat moment liet mijn denkvermogen het weer afweten.
‘Hoe heet zo’n man ook alweer?’ Diep nadenkende kwam er

naar boven: een tamboer-maitre. Ja jongen, je moet je
hersenen blijven trainen. Je neemt een woordje waar je op
door blijft borduren. Bijvoorbeeld trommel.
We gingen weer naar zitten en ik zei: ‘trommelmuziek,
trommelvlies, koekjestrommel, kortom de trommels die
overal voor dienen. Trommelstokjes, trom(mel)geroffel.
" Nou ja, zo is het wel genoeg. Wel blijven trainen hoor’. ‘Ja,
ma’, zei ik met een lachje.
Om mij dingen te herinneren denk ik vaak aan liedjes van
vroeger. Om bij de bloemen te beginnen riep ik ondeugend:
‘je bent als een wilde orchidee schat’ en vervolgens: ‘bloesem
van seringen brengt herinneringen, en dat boeketje rode
rozen dat ik je steurde…. Gut ja,, de witte en zwarte zwanen,
die vroegen of je mee naar Engeland wilde varen….’
Een heel oudje: klein vogellijn op groene tak, wat zingt gij een
lustig lied…. Eén vogel vloog voorbij, zwaluw waarheen is uw
vlucht….. Nou hoe ik mij ook inspan, er komt niks meer uit
m’n hersenpan’.
Ondertussen werd het steeds drukker op het erf. Eenden,
zwanen, eksters, reiger en een specht was ook van de partij….
Wij zaten dit alles aan te kijken. Ik zei:’ het barst hier van de
beesten. Om onze hersenen te trainen noem eens op wat is
er nog meer? ‘Insecten’ riep Neeltje terwijl ze een sluipwesp
wegjoeg en ‘veldmuisjes, holletjes genoeg en mollen, kijk
maar naar die verse zwarte aarde die ze omhoog gewroet
hebben’.
Ik zei: ‘Ineens heb ik het weer: libellen, vlinders, wespen een
zwerm muggen, padden in je waterput, af en toe een kikker’.
"Gelukkig geen slangen’. Brrrrr rilde Neeltje, ‘wel grote
wormen en een rat in de vuilniszak’.
De boel overziend dacht ik: gelukkig we zijn er nog, samen
zijn we 164 jaar.
Met dit geleuter en het verstand van een peuter, echter door
de hersengymnastiek voelen we ons fris en magnifiek.

Samen met onze lieve poes Antje zijn we heden blij met ons
verstand weer op een rij…..
Vrijheid en vrede op aarde mensen…..